Door Plinio Corrêa de Oliveira
De bekering van Sint-Paulus onderweg naar Damascus, door Bertholet Flemalle (1614-1675) in de Sint-Pauluskathedraal in Luik.
Saul was een inwoner van Tarsus in Cilicië, van de stam van Benjamin, en op grond van het privilege dat de keizers van Rome aan de stad Tarsus hadden verleend, had Saulus, hoewel hij Joods was, het Romeinse staatsburgerschap.
Begaafde Farizeër
Hij was begiftigd met een buitengewoon talent en bezat ook goede en nobele gevoelens, gecombineerd met een onbreekbare wilskracht. Op hetzelfde moment dat Jezus het Evangelie in Palestina predikte, bestudeerde Saulus de wetenschappen van de Heilige Boeken onder leiding van de wijze Gamaliël. Zijn talent, ijver en toepassing trokken de aandacht van de Farizeeën.
Woedend over groei christendom
Het hart van de jonge Saulus was woedend over de snelle groei van de leer van Jezus van Nazareth. De verbazingwekkende toename van het aantal discipelen van de Gekruisigde deed zijn ziel ontvlammen van haat jegens de volgelingen van Jezus, die hij beschouwde als verraders van de zaak van het vaderland. En Saulus probeerde de ontwikkeling van de ontluikende Kerk in gevaar te brengen.
‘Waarom vervolgt ge mij?’
Aangespoord door de farizeïsche haat ging Saul naar de hogepriester en vroeg om brieven voor de synagoge in Damascus, met de volmacht om alle aanhangers van Jezus als gevangenen naar Jeruzalem te brengen. Onderweg, in de buurt van Damascus, slaat een hevige flits van hemels licht hem tegen de grond en Saulus hoort een klagende stem: ‘Saulus, Saulus, waarom vervolgt ge mij?’
Wat wilt ge dat ik doen?
En de vervolger vraagt: ‘Heer, wie zijt Gij, Heer?’ De mysterieuze stem antwoordt: ‘Ik ben Jezus, dien gij vervolgt.’ Saulus, bang, zegt: ‘Heer, wat wilt Gij dat ik doe?’ – ‘Sta op, en ga naar de stad; daar zal men u zeggen, wat ge moet doen.’ Saulus’ mannen konden niets zien, maar ze hoorden Jezus’ Stem.
Ananias in Damascus
Saulus stond op en besefte dat hij blind was. Ze leidden hem naar Damascus, waar hij drie dagen doorbracht zonder eten of drinken. Er was een discipel van Jezus, Ananias genaamd, in Damascus. Hij had een visioen waarin de Heer hem gebood: ‘Sta op, en ga naar de straat, de Rechte genaamd, en vraag in het huis van Judas naar een man uit Tarsus Saulus geheten. Zie, hij is in gebed.’ Juist op dat moment zag Saulus een man, Ananias genaamd, binnenkomen en hem de handen opleggen om hem te helpen zijn gezichtsvermogen terug te krijgen.
Steunpilaar van ontluikende godsdienst
Maar Ananias antwoordde: ‘Heer, ik heb van velen gehoord, hoeveel kwaad die man uw heiligen te Jerusalem heeft berokkend. En hij is hier met een volmacht van de opperpriesters, om allen, die uw Naam aanroepen, in boeien te slaan.’ Maar de Heer beval hem naar Saulus te gaan en openbaarde hem wat de vervolger voor de Kerk zou worden: een van de steunpilaren van de ontluikende godsdienst, de apostel die het evangelie aan alle volken zou verkondigen.
‘Ik heb de goede strijd gestreden’
Uit deze wonderbaarlijke val stond de bekeerde Paulus op om, in zijn ijver als een briljante en sterke man, het licht van het geloof, de leer van Christus Jezus, aan de hele mensheid te brengen. In een van zijn brieven gebruikte Paulus, die het leven van een apostel volledig begreep en leefde, een zin die het leven van een verdediger van het geloof, van een katholiek die zich bewust is van zijn missie op aarde, goed omschrijft: Bonum certamen certavi – ‘Ik heb de goede strijd gestreden”.
Katholiek leven vereist strijdbaarheid
Het leven van een katholiek is immers een strijd zonder wapenstilstand of inschikkelijkheid. Louis Veuillot had een treffende uitdrukking. Hij zei dat als Sint-Paulus terug op aarde zou komen, hij journalist zou worden. Ja, Sint-Paulus zou een journalist worden. Maar een zonder compromissen voor de waarheid. Of, met andere woorden, zijn brieven zouden artikelen worden die compromisloos waren in hun verdediging van alle waarheden en fulminerend in hun veroordeling van alle dwalingen.
‘Zal ik met de roede tot u komen?’
Het is niet moeilijk om je voor te stellen welke heilige en onstuimig felle artikelen diezelfde Paulus zou schrijven, die ooit in een van zijn brieven schreef: ‘Zal ik met de roede tot u komen?’ (zie 1 Kor 4:21). Iemand die zo goed de zweep wist te hanteren en met zo’n heilige vurigheid wist te vechten dat het zwaard zijn symbool werd, zou vandaag de dag krantenartikelen schrijven die door bepaalde lezers met een gevoelige opperhuid als even agressief en snijdend worden beschouwd als die in Legionário! (*)
Dit artikel is overgenomen van pliniocorreadeoliveira.info en verscheen eerder in druk in het tijdschrift Legionário van 22 januari 1939. (*) Dit was een katholiek weekblad in Brazilië dat van 1935 tot 1947 door prof. Plinio werd geredigeerd.